Veiligheid in en om het huis baby

Meeroken

Als iemand in de buurt van je kind rookt, ademt je kind die tabaksrook in. Dat noemen we meeroken (of passief roken). Hierdoor is er meer risico's op gezondheidsproblemen bij je kind. Het is daarom goed om ervoor te zorgen dat er in de buurt van je kind niet gerookt wordt.

Risico's van meeroken

Kinderen ademen sneller dan volwassenen waardoor ze meer rook binnenkrijgen. Er zijn veel onderzoeken gedaan naar de risico's van meeroken voor kinderen. Meeroken geeft onder meer een hoger risico op:

  • middenoorontsteking;
  • infecties van de lage luchtwegen;
  • verminderde longfunctie;
  • het verergeren van astmatische klachten.
  • benauwdheid en piepende ademhaling;
  • en verkoudheid.

Op de lange termijn heb je door meeroken een verhoogde kans op kanker, hart- en vaatziekten en longaandoeningen.

Voorkom dat je kind meerookt

Stoppen met roken heeft het meeste effect. Zo geef je ook het goede voorbeeld aan je kind. Kinderen kopiëren namelijk het gedrag van hun ouders. Als jij rookt, is de kans groter dat je kind ook begint met roken.

Zorg ervoor dat er niet gerookt wordt in de auto of in de omgeving van je kind. Niet thuis, maar ook niet tijdens een bezoek aan familie of vrienden. Het is goed om te weten dat een raam openzetten in de auto, roken bij een open raam of onder een afzuigkap niet voldoende helpt.

Derdehands rook

De stoffen die blijven plakken nadat iemand gerookt heeft noemen we derdehands rook. Dit is wat je ruikt nadat iemand gerookt heeft. Ook als je altijd buiten rookt, kunnen de giftige stoffen achterblijven in je haren, je kleding en je huid. Deze giftige stoffen neem je daarna mee naar binnen en kunnen worden ingeademd door je kind.

Wil je meer weten over meeroken, stoppen met roken of voorkomen dat je kind begint met roken? Kijk op de website Rokeninfo.nl. Wil je hulp bij het stoppen met roken? Kijk dan op Ikstopnu.nl. Hier kun je je aanmelden voor de telefonische coaching: Rookvrije ouders.

Veilig in huis

Je zoon of dochter stapt de wereld in met maar één doel: alles zo snel mogelijk ontdekken. En dat betekent: overal aanzitten! Het geeft een hoop rust om een paar maatregelen te treffen in huis om ongelukken te voorkomen.

Veiligheid in huis

Hoe ga je bijvoorbeeld om met elektriciteit, brandgevaar en huisdieren? Wat doe je als je kind een ongeluk krijgt of iets heeft ingeslikt?

Veiligheid voor jonge kinderen

Veel veiligheidstips hebben betrekking op een bepaalde leeftijd. Zo is het bijvoorbeeld aan te raden om traphekjes in je huis te maken als je een baby of peuter hebt. Of te zorgen dat er geen kleine voorwerpen rondslingeren die baby's en peuters al snel in hun mond stoppen.

Je huis veiliger maken

Lees op Veiligheid.nl meer informatie over het veilig maken van je huis.

Huiselijk geweld

Sommige ouders hebben ruzies die uit de hand lopen en overgaan in schreeuwen, dreigen en slaan. Zij kunnen hun eigen problemen niet aan en reageren hun spanningen af op elkaar. Kinderen lijden heel erg onder geweld tussen hun ouders.

Kinderen krijgen veel van ruzies mee

Als ouders veel ruzie hebben, krijgen kinderen daar altijd meer van mee dan je denkt. Ze voelen de stress en spanningen van de ruzies en het geweld tussen hun ouders. Daar hebben ze last van. Zelfs al waren ze er zelf niet bij. Daarom is het heel belangrijk dat het stopt.

Schuldgevoelens van het kind

Veel kinderen denken dat zij de reden zijn waarom hun ouders ruzie hebben. Een ouder kind kan zich schuldig gaan voelen. Maar het is nooit de schuld van je kind. Probeer dit duidelijk tegen je kind te zeggen en vooral ook te laten merken, zonder dat je je kind bij de ruzies betrekt.

Kinderen sluiten zich soms op in hun eigen wereld. Of ze willen niet thuis zijn en blijven liever bij familie of vrienden.

Zorg voor veiligheid: kies voor je kind

Als je jouw kind geen veilig thuis kunt bieden, is het goed om hulp te zoeken. Kies voor je kind! Zoek hulp, want geweld gaat nooit vanzelf over.

Praat over huiselijk geweld

Praat erover met je huisarts of met iemand die je vertrouwt: je eigen ouders, je broer, zus, een goede vriendin of de buurvrouw. Of zoek contact met Veilig Thuis: 0800-2000.

Kindermishandeling

Voor kinderen is thuis, dus bij hun eigen ouders, broertjes en zusjes, bijna de hele wereld. Daarom is het belangrijk dat die wereld liefdevol, voorspelbaar en veilig is. Als kinderen thuis niet veilig zijn, is dat heel schadelijk voor ze.

Kleine kinderen kwetsbaarder voor kindermishandeling

Baby's en peuters lopen meer risico dan oudere kinderen, omdat zij minder vaak buiten het gezin komen. Ze gaan bijvoorbeeld nog niet naar school. Bovendien zijn ze te jong om over hun situatie te praten. Ze kunnen nog geen hulp vragen aan anderen buiten het gezin. Ook kinderen met lichamelijke problemen, probleemgedrag of minder goede sociale vaardigheden zijn extra kwetsbaar.

Mishandeling en verwaarlozing

Kindermishandeling bestaat uit verschillende vormen van mishandeling en verwaarlozing. Als in een gezin kindermishandeling voorkomt, gaat het vaak om een combinatie van vormen.

Oorzaken kindermishandeling

Meestal zijn er veel problemen thuis. Bijvoorbeeld omdat je als ouder overspannen raakt of omdat je relatieproblemen hebt. Misschien zijn er vervelende dingen gebeurd en zie je het zelf even niet meer zitten. Of ben je daar zoveel mee bezig, dat je niet goed voor je kind kunt zorgen. Wat doe je dan?

Zoek hulp voor jezelf

Als je jouw kind niet het veilige thuis kunt bieden dat je zou willen, zoek dan hulp. Kies voor je kind! Je hoeft er niet alleen voor te staan: praat erover met iemand die je vertrouwt. Bijvoorbeeld met je eigen ouders, broer of zus. Met een goede vriendin of met de buurman. Zij kunnen je helpen.

Zorg dat je kind veilig is

Hoe zorg je ervoor dat je kind veilig is? Je eigen huisarts, maar ook de mensen van Veilig Thuis (0800-2000) geven je advies en helpen je om de situatie te veranderen.

Gaat het niet om je eigen kind? Bel dan ook Veilig Thuis om advies. Je bespreekt dan samen met een deskundige de situatie. Dat kan ook anoniem als je dat wilt.

Loden waterleidingen

Bijna al het kraanwater in Nederland is veilig om te drinken. Maar soms kan er te veel lood in het kraanwater zitten. Dit is het geval als je woning loden waterleidingen heeft of de eerste drie maanden nadat je woning nieuwe leidingen of kranen heeft gekregen.

Een teveel aan lood kan gevaarlijk zijn voor met name zwangeren, baby's en kinderen. Het kan leiden tot schade aan het zenuwstelsel, met als gevolg leer- en gedragsproblemen. Het is dus heel belangrijk om te weten of er in het huis loden waterleidingen aanwezig zijn.

Advies bij loden leidingen

Laat loden waterleidingen zo snel als het mogelijk is vervangen. Als je een koophuis hebt, dan kun je een erkend installateur (een loodgieter) de loden waterleidingen laten vervangen. Als je een huurhuis hebt, dan is de huiseigenaar of woningcorporatie verantwoordelijk voor het vervangen van de loden waterleidingen.

Voor zwangeren, baby's en kinderen tot en met zeven jaar gelden de volgende adviezen voor watergebruik in geval van loden leidingen:

  • Drink geen water uit de kraan met loden leidingen. Gebruik flessenwater of kraanwater uit niet-loden leidingen, ook voor het drinken van thee en koffie.
  • Gebruik flessenwater of kraanwater uit niet-loden leidingen bij het maken van dranken, soep en voor producten die water opnemen bij het koken, zoals pasta, rijst of couscous. Omdat de meeste groente en aardappelen vrij weinig vocht opnemen, kun je deze (na twee minuten doorspoelen van de kraan) wel in kraanwater koken.
  • Maak flesvoeding voor baby's met water uit niet-loden leidingen. Bijvoorbeeld met flessenwater uit de winkel. Op de verpakking van het water lees je of het flessenwater geschikt is voor het maken van flesvoeding.

Voor kinderen ouder dan acht jaar, volwassenen, vrouwen die borstvoeding geven en ouderen gelden de volgende adivezen:

  • Heb je de kraan met loden leidingen meer dan acht uur niet gebruikt? Laat dan de kraan eerst zo'n twee minuten stromen, voordat je het water gebruikt.
  • Zorg ervoor dat je als volwassenen maximaal twee liter van dit kraanwater binnenkrijgt (via drinken en eten). Geef kinderen boven de acht jaar maximaal één liter.
  • Geef je borstvoeding? Je kunt het kraanwater uit loden leidingen gebruiken, nadat je de kraan twee minuten hebt laten stromen. De hoeveelheid lood die in borstvoeding terechtkomt is erg laag en geeft geen risico voor je kind.

Advies bij nieuwe waterleidingen, nieuwe kranen en nieuwbouwhuizen

Heb je nieuwe waterleidingen, nieuwe kranen of een nieuwbouwhuis? Dan gelden de eerste drie maanden de volgende adviezen:

  • Heb je de nieuwe waterleidingen meer dan acht uur niet gebruikt? Laat dan de kraan eerst zo'n twee minuten stromen, voordat je het water gebruikt. Het water dat na twee minuten doorspoelen uit de kraan komt, kun je wel drinken of gebruiken voor de bereiding van eten en flesvoeding.
  • Heb je alleen een nieuwe kraan? Spoel dan voor elk gebruik de kraan tien seconden door. Daarna kun je het water weer drinken of gebruiken bij het koken.

Na drie maanden kun je het kraanwater uit nieuwe kranen, nieuwe leidingen en nieuwbouwwoningen gewoon direct gebruiken voor eten en drinken.

Hoe weet ik of mijn huis loden waterleidingen heeft?

Sinds 1960 worden er geen loden waterleidingen meer gebruikt in de bouw. Ook zijn ze in de meeste huizen vervangen. Toch zullen er soms in oude huizen nog loden waterleidingen voorkomen. Voornamelijk in huizen die voor 1945 zijn gebouwd. Woon je in een oud huis? Dan kun je het best eerst zelf controleren of er loden waterleidingen zijn. Je herkent ze aan hun grijze kleur.

Vermoed je dat er loden waterleidingen zijn of weet je het niet zeker? Vraag aan een loodgieter om dit na te gaan. Je kunt dan voorlopig beter flessenwater uit de winkel of kraanwater uit andere niet-loden leidingen gebruiken, ook voor het klaarmaken van flesvoeding voor baby's.

Huisdieren

Over het algemeen hebben huisdieren een positieve invloed op de ontwikkeling van kinderen, maar huisdieren kunnen ook gevaarlijke situaties met zich meebrengen.

Voorkomen van ongelukken met huisdieren

 

  • Probeer je kind te leren dat het niet zomaar vreemde dieren kan aaien.
  • Leg kinderen uit dat ze dieren niet mogen plagen of boos maken.
  • Leg uit dat je een dier dat eet of slaapt het best met rust kunt laten. Vooral honden zijn erg territoriaal en kunnen agressief reageren als je ze stoort tijdens het eten of slapen.
  • Laat je kind de hond niet omhelzen.
  • Laat je kind geen trek- of stoeispelletjes doen met de hond.
  • Je kind mag niet op of onder de hond liggen.
  • Voor honden kan een gehoorzaamheidscursus heel nuttig zijn. De hond leert er zijn plaats in het gezin en dat zorgt waarschijnlijk voor minder risico.
  • Laat jonge kinderen niet alleen met een hond of kat, al is het huisdier nog zo lief en betrouwbaar. Als een dier zich bedreigd voelt door een onverwachte beweging of actie van je kind, weet je nooit zeker wat het doet.

Bijten en krabben

Honden, katten en andere huisdieren kunnen uit enthousiasme of angst je kind bijten of krabben. Een hond is een roedeldier en zal je kind als onderdeel van zijn roedel zien. Het dier lijkt trouw en zorgzaam naar je kind toe en duldt misschien best veel van een ondernemende peuter. Toch moet je blijven opletten, want als de hond er genoeg van heeft, kan hij je kind bijten. Hondenbeten kunnen levensbedreigend zijn!

Soms veroorzaakt een beet of krabwond een infectie. Spoel de plek het liefst meteen uit met zeep en water. Raadpleeg bij ernstige beet- en krabwonden de huisarts.

Vlooienbanden en kattenbakkorrels

Vlooienbanden en sommige kattenbakkorrels zijn giftig. Probeer deze producten dus zo ver mogelijk bij je kind vandaan te houden. Heeft je kind bijvoorbeeld gelikt aan de vlooienband van je hond of kat, bel dan meteen 112.

Allergie

Je kind kan allergisch zijn voor honden- of kattenharen. Soms is zo'n allergie zo hevig dat het zeker het overwegen waard is om de hond of kat weg te doen.

Vogels

Van sommige vogels die in huis gehouden worden, is bekend dat ze ziekten kunnen overdragen. Overleg hierover met een dierenarts.

Veilig in bad

Je kunt een aantal maatregelen nemen om het baden van je kind nog veiliger en leuker te maken. Baby’s hoeven overigens niet elke dag in bad.

Let goed op bij het baden!

Houd je kind tijdens het baden altijd goed in de gaten, of je kind nu in bad zit of in een bademmer! Zorg dat je je kind steeds kunt zien en binnen handbereik hebt. Laat het nooit alleen, ook niet heel eventjes. Loop ook niet naar de kamer ernaast. Een jong kind kan namelijk al in een paar centimeter water verdrinken. Zorg dat je alles wat je nodig hebt binnen handbereik klaar hebt staan.

Ook als een ouder broertje of zusje oplet, is je baby niet veilig.

Hulpmiddelen voor veilig baden

 

  • Zet de badstandaard op een stevige, horizontale en droge ondergrond. Klap hem helemaal uit voordat je je baby in bad doet.
  • Je kunt ook een speciale bademmer gebruiken. Deze bademmers, of tummy tubs, zijn geschikt voor baby’s tot ongeveer 6 maanden. De emmer kan eventueel op een standaard worden geplaatst.
  • Je kunt een antislipmatje aanschaffen om te voorkomen dat je kind in bad uitglijdt.
  • Je kunt ook een badzitje aanschaffen. Over de veiligheid van badzitjes zijn de meningen verdeeld. Het belangrijkste advies is: blijf altijd bij je kind, ook als het in een badzitje zit!
  • Als je kind in het grote bad zit, kan het tegen de kraan aan stoten en zich bezeren. Hiervoor zijn zogenaamde kraanbeschermers te koop, die je over de kraan kunt schuiven.

Temperatuur van het badwater

Bij een temperatuur tussen de 36 en 38 graden kan je kind veilig en lekker badderen.

Je kunt het best eerst het badje vullen met koud water en daarna warm water toevoegen. Meng het water met de hand zodat het overal dezelfde temperatuur heeft. Check voor alle zekerheid de temperatuur nog even met je elleboog of met een badthermometer. Dit kan brandwonden voorkomen.

Thermostaatkraan

Als je kind al kan kruipen of lopen, zorg dan dat het nooit bij de hete kraan kan komen. Neem daarom liever een thermostaatkraan!

Elektriciteit

Elektriciteit kan gevaarlijk zijn. Kleine kinderen begrijpen niet dat uit stopcontacten elektriciteit komt. Ze kunnen tijdens een ontdekkingstocht door het huis zomaar hun vingertjes in de gaatjes steken. Of nog erger: ze proberen het met een schaar of ander puntig voorwerp. Wat kun je doen om dit te voorkomen?

Veiligheidsmaatregelen elektriciteit

Er zijn twee manieren om stopcontacten veiliger te maken:

  • Plaats een kindveiliger stopcontact, dat is een stopcontact waarbij de gaatjes gesloten zijn en pas opengaan als er op beide gaatjes even hard gedrukt wordt.
  • Beveilig bestaande stopcontacten met een afdekplaatje of een plug. Belangrijk hierbij is dat je regelmatig controleert of het afdekplaatje of de plug nog goed vastzit.

Elektriciteitssnoeren kun je het best zoveel mogelijk wegwerken, bijvoorbeeld achter een plint. Zorg dat er nergens elektriciteitsdraden bloot liggen. Controleer dus regelmatig of stekkers nog goed aansluiten op de snoeren.

Zorg ook dat de elektrische installatie in huis in orde is: met een aardlekschakelaar in de meterkast en zoveel mogelijk geaarde stopcontacten in huis.

Wat doe je als je kind een elektrische schok krijgt?

 

  • Schakel eerst de stroom uit door de stekker uit het stopcontact te trekken of door de hoofdschakelaar uit te zetten.
  • Als je kind bewusteloos is en niet meer ademt, bel dan meteen 112 en geef mond-op-mondbeademing. Of laat iemand anders dat doen.
  • Als je kind gewoon aanspreekbaar is, ga dan ter controle naar de huisarts.

Knutselen met elektronica

Jongeren zien soms de gevaren niet in van slechte bedrading of oude elektrische apparaten. Het is natuurlijk ook leuk om te knutselen met lampjes of oude radio's, maar dan is het wel verstandig om ze te wijzen op de gevaren van elektriciteit.

In de keuken

Als je aan het koken of afwassen bent, is de keuken op dat moment een gevaarlijke plek voor je kind. Als kinderen eenmaal beginnen te kruipen en lopen, is het belangrijk dat je goed let op de veiligheid in de keuken. Leer je kind van jongs af aan dat het niet overal aan mag komen en ook niet ongevraagd in de keuken mag komen.

Tips voor veiligheid in de keuken

 

  • Plaats een pannenrekje rond het gasfornuis.
  • Zet de stelen van de pannen naar achteren als je kookt.
  • Zet geen stoelen of andere klimmogelijkheden in de keuken die je kind kan gebruiken om bij het fornuis of de hete kraan te komen.
  • Zet apparaten die heet kunnen worden achter op het aanrecht (denk aan een tosti-ijzer of frituurpan), zodat je kind er niet bij kan en ze niet kan omtrekken.
  • Maak de snoeren van de apparaten, bijvoorbeeld van het koffiezetapparaat en de waterkoker, zo kort mogelijk en leg ze achter op het aanrecht.
  • Leeg de waterkoker na gebruik.
  • Zet eventueel een hekje voor de keuken, zodat je kind er helemaal niet in kan.
  • Houd lucifers en gasaanstekers buiten het bereik van je kind.
  • Laat je kind nooit alleen met een emmer heet sop of een beker hete koffie of thee.
  • Berg schoonmaakmiddelen altijd hoog en veilig op, dus niet in het kastje onder de gootsteen.
  • Zet eventueel kindersloten op kastjes en laden.
  • Berg plastic tassen goed op.
  • Als je oven laag staat, kun je een ovenruitbeschermer voor het raampje zetten zodat je kind zich er niet aan kan branden.
  • Heb je een kattenbak in de keuken? Let er dan op dat je kind daar niet aankomt. Kattenbakkorrels zijn giftig.

In de woonkamer

Als je kind gaat kruipen en daarna lopen, kan het overal komen. Natuurlijk is het goed dat je je kind de ruimte geeft, maar let daarbij wel extra goed op de veiligheid.

Tips voor een veilige woonkamer

 

  • Zet kasten en wandmeubelen stevig vast aan de muur. Als je kind in een kast klimt om iets te pakken, kan het anders de hele kast over zich heen krijgen.
  • Berg gevaarlijke producten zo op zodat je kind er niet bij kan. Denk bijvoorbeeld aan medicijnen, alcohol, cosmetica en tabak.
  • Houd glazen vazen, asbakken, sigaretten, alcohol en pinda’s buiten bereik van je kind.
  • Het is ook heel belangrijk dat je in huis niet rookt; dit is heel slecht voor de gezondheid van je kind.
  • Laat je kind nooit rennen met een lolly, ijsstokje of een ander scherp voorwerp in de mond. Als het valt, kan het zich daar flink aan bezeren.
  • Zet de box ver weg van snoeren van elektrische apparaten, koordjes van luxaflex of gordijnen, (giftige) planten, verwarmingselementen, eten en andere dingen die je kind over zich heen kan trekken.
  • Zet een wipstoeltje nooit op een hoge plaats maar altijd op de grond.
  • Laat je kind nooit alleen met een huisdier, hoe lief het dier ook is!
  • Neem je baby niet op schoot als je koffie of thee drinkt. Bij een onverwachte beweging kan je baby zich branden.
  • Dek de verwarming af. Zet losse kacheltjes en haarden op een veilige plek.
  • Beveilig alle stopcontacten die lager zitten dan 1,50 meter met speciale plugjes of afdekplaatjes.
  • Plak scherpe hoeken en randen af met beschermhoekjes.
  • Plaats traphekjes boven en onder aan de trap.

Tips voor ramen en deuren

 

  • Plaats kindveilige sluitingen op ramen, balkondeuren en tuindeuren.
  • Zorg dat je kind niet over de rand van het balkon kan klimmen. Denk aan opstapjes, stoelen en plantenpotten.
  • Zet geen krukjes, dozen of vuilnisbakken in de buurt van een raam. Je kind kan daar op klimmen.
  • Dek deurspleten af met speciale beveiligers. Zo voorkom je dat je kind de vingertjes pijn doet.

Een traphekje

Een val van de trap is een van de ernstigste ongevallen. Vooral kinderen van 1 en 2 jaar lopen de meeste risico’s. Een traphekje maakt de trap voor kleine kinderen onbereikbaar, zodat ze er niet op kunnen klimmen of af kunnen vallen.

Tips voor een veilige trap

 

  • Plaats een traphekje boven én onder aan de trap. Denk er daarbij goed aan om die hekjes ook altijd te sluiten!
  • Koop èn monteer het traphekje al voordat je kind kan kruipen. Dit voorkomt dat je straks net te laat bent.
  • Heb je een open trap? Maak de treden dan tijdelijk dicht. Een klein kind glijdt gemakkelijk tussen de open treden door.
  • Plak antislipmateriaal op de treden van de trap.
  • Vergeet ook niet de zoldertrap of keldertrap te beveiligen.

Je kind leren traplopen

Zodra je kind kan lopen, kun je beginnen met het oefenen van het traplopen. Loop achter je kind als je naar boven gaat, en voorop als je naar beneden gaat. Als je kind eenmaal bij de trapleuning kan, kun je het leren om altijd met één hand de leuning vast te houden. Er zijn ook speciale kindertrapleuningen te koop. Deze plaats je lager waardoor je kind er al vroeg bij kan.

Vuur en brandgevaar

Je wilt voorkomen dat je kind zich brandt aan een hete kachel of een kop hete thee, want brandwonden hebben ernstige gevolgen.

Houd kinderen weg van vuur

Houd kinderen op afstand van de open haard, vuurkorven, fakkels en barbecue. Zet kaarsen hoog en zorg dat ze niet bij de lucifers kunnen. Oudere kinderen zijn soms heel geboeid door vuur en zijn niet altijd even voorzichtig. Ze vinden het bijvoorbeeld spannend om brandbare vloeistoffen in vuurkorven te gooien. Leg je kind uit dat dit een steekvlam kan veroorzaken en dat het daardoor brandwonden kan oplopen.

Branden aan eten en drinken

Je kind kan zich branden aan heet eten of drinken. Oudere kinderen kun je dit uitleggen. Zet bij jonge kinderen geen hete thee of koffie op de rand van een tafel. En drink nooit hete thee en koffie met je kind op schoot.

Gevaar van kooktoestellen

Je kind kan zich branden aan het fornuis of de oven. Heb je een jong kind? Gebruik dan alleen de achterste pitten of kookplaten. Laat de handvatten en stelen van de pan niet over de rand van het fornuis uitsteken. Of plaats fornuisrekjes, zodat je kind niet met de vingers bij een pan of vlam kan komen. Houd je kind uit de keuken als de oven of een frituurpan aan staat. Een hooggeplaatste inbouwoven of een ingebouwde frituurpan is veiliger.

Strijkijzer en verwarming

Laat je kind niet spelen in de kamer waar je aan het strijken bent. Laat het strijkijzer na het strijken afkoelen op een veilige plaats en berg het daarna op een veilige plek op.

Om je kind tegen de hitte van de radiator te beschermen, kun je deze afschermen met radiatorbekleding. Je kunt ook kiezen voor vloerverwarming en heteluchtverwarming.

Verbranding van de huid

Als je kind toch een brandwond krijgt, koel de wond dan direct met lauw, zacht stromend water. Waarschuw bij ernstige verwondingen snel je huisarts. Kijk voor meer informatie over brand op Watdoejijbijbrand.nl.